Vlaanderen <----> Nederland

Vergelijking van de Vlaamse en Nederlandse modegeschiedenis

Voor deze opdracht heb ik gekozen om de Belgische en Nederlandse modegeschiedenis te vergelijken. Het leek me een interessant onderwerp om te vergelijken omdat Antwerpen toch wel een modestad is. Mode is een fenomeen dat ons voortdurend bewust en zelfs onbewust beïnvloedt, vandaar mijn nieuwsgierigheid naar deze vergelijking. Verder vond ik het ook geen cliché om de Belgische en Nederlandse modegeschiedenis te bespreken in tegenstelling tot onderwerpen zoals: drugsbeleid, fietscultuur, praatcultuur en eetcultuur.

 

In Nederland kwam de mode-industrie vrij laat op gang, dat gebeurde pas rond het einde van de twintigste eeuw.  Het Nederlands gebrek aan internationaal succes kan te wijten zijn aan de halsstarrige creaties van de Nederlandse ontwerpers. De Nederlandse ontwerpers staan er namelijk om bekend om niet de meest draagbare kledingstukken te creëren. Dit mede omdat ze vooral onderzoekend en conceptueel te werk gaan. Ze werken vanuit de plooiing van  de stof in plaats van terug te verwijzen naar een eerdere modeperiode of bepaalde stijl, zoals vele andere ontwerpers wel doen. Door te werken vanuit de plooiing van de stof worden er talloze ongebruikelijke kledingstukken gefabriceerd, die we kennen als 'haute couture'. Naast de 'haute couture' kennen we ook de zogenaamde 'prêt-à-portercollectie', die meer 'casual' is en dus zeer geschikt is om dagelijks te dragen. 
Ondertussen kent de Nederlandse modewereld meer succes, ook in het buitenland. 
Enkele bekende voorbeelden: Pauline van Dongen, Frans Molenaar, Iris van Herpen, Marlies Dekkers, Viktor en Rolf enzovoort.
De Nederlandse modewereld wordt alsmaar belangrijker dankzij het wereldwijde succes van het modehuis Viktor & Rolf.
Viktor & Rolf staan bekend om hun mix van kunst en mode, klassiek en avant-gardistisch. Zij hebben alledaagse, 'casual' kleding ontworpen voor modegigant, H&M maar helaas is Viktor & Rolf vooral bekend om zijn accesoires en parfum.
 
 
                                  
 
 
Wat de Belgische mode betreft zijn de Antwerpse Zes zeer bekend. De Antwerpse Zes zijn een groep belangrijke modeontwerpers die in de jaren tachtig zijn afgestudeerd aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten van Antwerpen. De Zes werden toen al beschouwd als revolutionaire kracht voor de Belgische mode. Als student hielden ze hun blik gericht op het internationale speelveld. Ze keken op naar vernieuwende ontwerpers zoals Mugler, Montana en Gaultier, en zochten naar manieren om die sfeer weer te geven in hun werk en presentaties op de Academie - veelal niet naar de zin van hun docenten.
Met hun sterke visie op de mode zorgen ze voor een innovatieve aanpak binnen de internationale mode en wisten ze Antwerpen wereldwijd op de kaart te zetten. De volgende ontwerpers worden tot de Antwerpse Zes gerekend: Dirk Bikkembergs, Ann Demeulemeester, Walter Van Beirendonck, Dries Van Noten, Dirk Van Saene en Marina Yee.
                                                                                                    
 
Verder tellen België en Nederland ongeveer even veel modescholen. De meest bekende Nederlandse modeschool draagt de naam AMFI (Amsterdam Fashion Institute en in België is de meest bekende de Antwerpse Modeacademie.
Wat het aandeel betreft aan succesvol doorgebroken topmodellen kunnen we stellen dat Nederland een streepje voor heeft op België. Maar België heeft dan weer op zijn beurt een streepje voor op Nederland qua internationale succesvolle modeontwerpers.
Alom kunnen we een vredig besluit vormen wanneer we zeggen dat elk land zijn eigen kwaliteiten heeft te bieden in de wereld van de mode.
 
 
 
Bronnen: